fallback-bg-light

BOUWRECHT: HOE OM TE GAAN MET DE GEVOLGEN VAN HET CORONAVIRUS?

1 april 2020
/  Peter Tennekes

BOUWRECHT: HOE OM TE GAAN MET DE GEVOLGEN VAN HET CORONAVIRUS?

De meest in het oog springende gevolgen van het coronavirus en de daarmee gepaard gaande maatregelen van overheidswege zijn werknemers die (ziek) thuisblijven en de bekende 1,5 meter afstand. Maar ook zaken als import- of exportbeperkingen kunnen een rol spelen. In veel bouwprojecten leiden deze gevolgen tot schade. Hoe daar (juridisch) mee om te gaan?

Uitgangspunt

Uitgangpunt is en blijft ‘contract is contract’ en contracten dienen te worden nagekomen. In zijn algemeenheid betekent dit voor een aannemingsovereenkomst: tijdige oplevering van het werk door de (onder)aannemer tegen betaling van de overeengekomen prijs door de opdrachtgever. De (onder)aannemer moet dus iets met de hiervóór beschreven gevolgen, wil hij de schadelijke gevolgen van zijn bordje krijgen.

Belangrijkste maatregel

Daarvoor is de belangrijkste maatregel om over de gevolgen te communiceren met de opdrachtgever. Dit is een logische, maar direct ook de belangrijkste stap. Hoewel de eerste gedachte zal zijn dat de opdrachtgever ook wel zal weten dat het coronavirus invloed heeft op het bouwproject, is het vanuit juridisch oogpunt van belang om dit schriftelijk aan de opdrachtgever te melden. De opdrachtgever is dan formeel op de hoogte en wordt in staat geacht om maatregelen te nemen. Zo kan de opdrachtgever besluiten om het werk te schorsen of te wijzigen, in welke gevallen partijen een afspraak moeten maken over de financiële gevolgen daarvan.

Bij Van Diepen Van der Kroef Advocaten hebben de Bouwrechtspecialisten standaardbrieven voor dergelijke schriftelijke notificaties ontwikkeld (en overigens ook voor de reacties daarop) die u kunt gebruiken in deze coronacrisis. U kunt deze standaardbrieven kosteloos van ons krijgen. Overigens kunnen overeenkomsten aan dergelijke schriftelijke meldingen specifieke vereisten stellen. Het nadrukkelijke advies aan u is dan ook om zich na ontvangst van een dergelijke standaardbrief tóch nog juridisch te laten adviseren door uw jurist.

Met verzending van deze schriftelijke notificatie zal de discussie over de gevolgen van de coronacrisis op het bouwproject op gang worden gebracht. De hoofdaannemer die een dergelijke notificatie van zijn onderaannemer krijgt, doet er vanuit zijn positie goed aan om in een schriftelijke reactie daarop zijn begrip voor de situatie te tonen, maar de onderaannemer tevens op zijn verplichtingen uit de onderaannemingsovereenkomst te wijzen en aan te geven dat hij de situatie met zijn opdrachtgever (de principaal) op zal nemen.

In veel gevallen gaan partijen vervolgens in redelijkheid met elkaar om, juist in tijden als deze. Maar dit is helaas niet altijd het geval. Steevast volgt dan een juridische discussie.

Kijkend naar voornoemde gevolgen zal de kernvraag zijn voor wiens risico de daaruit voortvloeiende schade zal zijn. Juridische duiding van de door de aannemer verzonden notificatie(s) en de inhoud van de daarop volgende communicatie is nodig om daar antwoord op te geven.

De schade

In zijn algemeenheid zal de schade aan de zijde van de opdrachtgever bestaan uit schade wegens verlate oplevering en zal de schade aan de zijde van de (onder)aannemer bestaan uit hogere kosten.

Overmacht; termijnverlenging

Voor wat betreft de schade wegens te late oplevering geldt dat in veel gevallen de verlate oplevering niet aan de (onder)aannemer zal kunnen worden toegerekend. Er is dan sprake van overmacht, zoals het Burgerlijk Wetboek het omschrijft. Of dit in concreto het geval is, ligt natuurlijk aan de concrete omstandigheden van het geval. Wanneer de (onder)aannemer bijvoorbeeld kampt met één werknemer die ziek thuisblijft, kan in beginsel worden verwacht dat hij deze vervangt. Maar wanneer de aannemer bijvoorbeeld te kampen heeft met een export- of importverbod, dan valt hem natuurlijk geen verwijt te maken.

Is er sprake van overmacht, dan is de (onder)aannemer niet aansprakelijk en heeft hij (dus) recht op bouwtijdverlenging. In de in Nederland meest voorkomende standaardvoorwaarden UAV 2012 en UAV-GC 2005 is de wettelijke regeling omtrent bouwtijdverlenging uitgewerkt in respectievelijk § 8 UAV 2012 en § 44 UAV-GC 2005.

In principe heeft de (onder)aannemer in geval van overmacht geen recht op vergoeding van de kosten.

Onvoorziene omstandigheden; kostenvergoeding

De conclusie kan echter ook luiden dat er sprake is van onvoorziene omstandigheden, zoals het Burgerlijk Wetboek het omschrijft. De vereisten daarvoor zijn streng, maar niet valt uit te sluiten dat hier in concrete gevallen een beroep op kan worden gedaan.

Het gevolg is dat in dat geval dat de overeenkomst dient te worden aangepast, waarbij in het kader van de coronaproblematiek aan een aanpassing van de financiële afspraken moet worden gedacht (lees: bijbetaling door de opdrachtgever). In de in Nederland meest voorkomende standaardvoorwaarden UAV 2012 en UAV-GC 2005 is de wettelijke regeling omtrent onvoorziene omstandigheden uitgewerkt in respectievelijk § 47 UAV 2012 en § 44 UAV-GC.

Afsluitend

Het bovenstaande laat onverlet dat in concrete aannemingsovereenkomsten afwijkende regelingen kunnen zijn opgenomen. Het advies is dan ook in alle gevallen om u juridisch te laten bijstaan, zodat binnen de juiste juridische kaders wordt geopereerd en geen rechten worden verspeeld.

Dit stuk is geschreven door Peter Tennekes, bij ons werkzaam als advocaat Bouw- en Aanbestedingsrecht op de vestiging Utrecht. Peter is te bereiken op 030 – 236 46 00, voor het geval u bijvoorbeeld interesse heeft in de genoemde standaardbrieven.

Peter
Tennekes
Vastgoed en bouw, Procesrecht, Europees- en internationaal recht, Aanbestedingsrecht
Utrecht

Vestigingen