MEDIUM-2023-2_VanDiepen_situaties_DSF8007_v2

Zorgplicht bij dienstverlening in cryptohandel

2 april 2024
/  Zorgplicht bij dienstverlening in cryptohandel

Les actualités sont disponibles uniquement en néerlandais.

Zorgplicht bij dienstverlening in cryptohandel

Cryptovaluta zijn als beleggingsinstrument in trek bij een steeds groter wordende schare beleggers. De meeste beleggers voeren hun trades zelfstandig uit, maar het komt ook voor dat het traden via een derde verloopt. Die derde handelt dan met de cryptovaluta van een belegger, met de bedoeling om daarmee winst te genereren. Deze persoon wordt in de rechtspraak ook wel cryptohandelaar genoemd. Een cryptohandelaar draagt een zorgplicht tegenover de belegger. Op grond van die zorgplicht moet de cryptohandelaar als een redelijk en bekwaam handelend vakgenoot handelen.

Redelijk handelend en bekwaam vakgenoot?

Wat een redelijk handelend en bekwaam vakgenoot inhoudt, is voor cryptohandelaars niet in steen gebeiteld. Bij de meeste financiële producten is de zorgplicht uitgewerkt in de Wet op het financieel toezicht (kortweg Wft). Cryptovaluta vallen echter niet onder de reikwijdte van de Wft, zodat de daarin vervatte zorgplichten niet toepasbaar zijn op dienstverlening in cryptohandel. Cryptohandel is daarnaast vrijwel ongereguleerd. Doordat er zo weinig regels gelden in deze branche, zijn er ook weinig normen om het redelijk en bekwaam handelen aan te toetsen. Evenzo geldt dat er nauwelijks een werkveld is van professionele cryptohandelaars, zodat het ook lastig is om te bepalen hoe een vakgenoot behoort te handelen. Er zijn immers nauwelijks vakgenoten.

Inzichten rechtspraak

Uit de uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland uit 2022, en die van de Rechtbank Noord-Holland uit 2023 die door ons kantoor is behandeld, is wel het toetsingskader voor de zorgplicht bij cryptohandel af te leiden. In die zaken was er sprake van een hack/scam die tot verlies van cryptovaluta heeft geleid. In beide zaken hebben de beleggers een beroep gedaan op schending van de zorgplicht. In beide zaken slaagde dat beroep niet, zodat de vordering van de beleggers in beide gevallen is afgewezen.
In beide zaken was het zo dat de cryptohandelaar geen specifieke opleiding had genoten voor handel in crypto. De handigheid met crypto kwam door ervaring en beperkte zelfstudie. Dit leidt ertoe dat de cryptohandelaar in beide gevallen niet getypeerd is als professional. Het kennisniveau van beide partijen is min of meer gelijkwaardig. Zo hoeft de cryptohandelaar niet specifiek te waarschuwen voor risico’s van cryptohandel. Een ervaren belegger in crypto wordt verondersteld daarmee bekend te zijn.

Ook ontbrak in beide zaken een schriftelijke overeenkomst, zodat de afspraken tussen partijen niet duidelijk waren en ook niet voorzien in bepalingen over de mate waarin op de cryptohandelaar een zorgplicht zou rusten tegenover de belegger. De zorgplicht werd daardoor vrijwel niet nader ingekleurd door contractuele afspraken.
Ten slotte oordeelde de Rechtbank Noord-Holland dat in beide zaken niet valt in te zien hoe een beweerdelijke schending van de zorgplicht zou kunnen leiden tot schade. Als er al schade is ontstaan, dan kwam dat door de hack of scam, waar de cryptohandelaar niet bij betrokken was. Uit een uitspraak van de Rechtbank Overijssel uit 2021 volgt ook dat het risico van een hack normaliter voor rekening van de belegger komt.

Zorgplicht

De zorgplicht die een cryptohandelaar in acht moet nemen ten opzichte van een belegger is aldus vooralsnog lastig te reconstrueren: De cryptomarkt is vrijwel ongereguleerd en er het aantal (professionele) cryptohandelaren is dun gezaaid. De rechtspraak die er is, duidt erop dat diverse particulieren als cryptohandelaar optreden. Algemene normen voor het handelen van cryptohandelaren zijn daarmee lastig te ontwaren. Het is daarom aan te bevelen om duidelijke schriftelijke afspraken te maken tussen cryptohandelaar en belegger, om verantwoordelijkheden en een mate van zorgplicht af te spreken, om zo geschillen naderhand te voorkomen. Zo kunnen partijen afspraken maken over de veiligheidsmaatregelen die moeten worden getroffen om de kans op cybercrime te beperken, of over de cryptovaluta’s waarin (niet) mag worden geïnvesteerd, alsook over wie het risico draagt als er onverhoopt een scam of hack plaatsvindt.

Mocht u een geschil hebben als cryptohandelaar of juist met een cryptohandelaar, dan staan de advocaten van onze secties Financieel recht en Aansprakelijkheidsrecht u graag ten dienst. Voor meer informatie en vragen kunt u contact opnemen met mr. Anton Heilig, advocaat bij Van Diepen Van der Kroef Advocaten te Hoorn.

Bureaux