Er kan al snel sprake zijn van uitzenden
Dit artikel kan flink relevant voor je zijn als jouw medewerkers over de vloer komen bij opdrachtgevers. Je bent namelijk al (onbedoeld) aan het uitzenden als jouw mensen hetzelfde doen als de eigen medewerkers van die opdrachtgever en daarover instructies kunnen krijgen van de opdrachtgever, ofwel: onder feitelijke leiding en toezicht werken van die opdrachtgever. Dat betekent veelal verplicht pensioen via StiPP, zie hiervoor de link onderaan dit artikel.
Het blijft dan niet bij de bemoeienis van StiPP. Onbedoeld uitzenden pakt ook flink duurder uit wat betreft de betalingen aan de zogenaamde Werkhervattingskas. Dat stipt dit artikel aan:
Indeling in uitzendsector 52 is duur
Werkgevers moeten premies betalen voor de zogenaamde Werkhervattingskas (Whk). Daarmee worden (WGA- en ZW-)uitkeringen betaald van werknemers die door ziekte arbeidsongeschikt zijn. Uitzendbedrijven[1] worden voor wat betreft deze premies ingedeeld in uitzendsector 52. Dat is veruit de duurste sector voor de Whk- premies: in 2023 gemiddeld 7,13 % van de loonsom. Het gemiddelde voor alle andere sectoren is 1,53%. Dat is dus een verschil van maar liefst 5.6%. De te betalen premies kunnen sterk verschillen, omdat de omvang van je bedrijf en de uitstroom van medewerkers in ziekte daarvoor bepalend zijn:
Een kleine werkgever (loonsom tot € 905.000) betaalt in sector 52 grofweg de gemiddelde sectorpremie, de genoemde 7,13%. Als voorbeeld: bij een totale loonsom van € 500.000, kost de indeling in sector 52 € 28.000 aan extra premies per jaar.
Een grote werkgever (loonsom > € 3.620.000) betaalt een premie die helemaal individueel wordt bepaald, op basis van de uitstroom in ziekte. Daardoor kunnen echt grote verschillen ontstaan: een grote werkgever in sector 52 met een laag verzuim zal een relatief lage premie betalen. Bij veel uitstroom in ziekte moet de grote werkgever in sector 52 veel meer betalen dan bij indeling in andere sectoren. Dat komt zo: in sector 52 is het (opgetelde) premiemaximum 11,75%. ten opzichte van een maximum van 6,12% voor de andere sectoren. Dat is een verschil van 5,63%. Als voorbeeld: bij een loonsom van 4 miljoen euro betekent dat ruim 225 duizend euro meer aan premies.
Een middelgrote werkgever (loonsom € 905,000 tot € 3.620.000) betaalt premies die gedeeltelijk individueel en gedeeltelijk sectoraal zijn bepaald, via een gewogen gemiddelde. Dat maakt voor de middelgrote werkgever indeling in sector 52 ook vele tienduizenden euro’s per jaar duurder dan indeling in een andere sector.
Kort en simpel: ingedeeld worden in sector 52 is duur voor kleine werkgevers en bij hoge uitstroom wegens ziekte heel duur voor middelgrote en grote werkgevers.
Let nog op de gesplitste aansluiting: Als je als werkgever voor meer dan 15% tot 50% aan uitzenden doet, zullen de (individuele) uitzendkrachten in sector 52 moeten worden ingedeeld en de overige krachten in de andere sector. Dat betekent veel gedoe en hogere premies voor die 15-50% van je medewerkers.
De praktijk (gouden tip)
In november van elk jaar ontvang je als werkgever de beschikking van de Belastingdienst met de concrete premiepercentages voor je arbeidskrachten (tip: controleer: er worden fouten gemaakt).
Je bent als werkgever zelf verantwoordelijk voor de juiste sectorindeling. Mijn gouden tip: het loont als de keuze kan worden gemaakt als werkgever (terecht) niet in sector 52 te worden ingedeeld. Die keuze kan worden gemaakt aan de hand van de 10 tips uit mijn post over StiPP: https://lnkd.in/eSiUUpKQ
Voor meer informatie, bel of mail: Eelco Keuvelaar: 06-51 22 39 96 / [email protected].
[1] – een onderneming wordt gezien als uitzendbedrijf als voor meer dan 50% van de loonsom medewerkers ter beschikking worden gesteld om onder feitelijke leiding en toezicht te werken bij de opdrachtgever / derde.